Flip flops, ook wel bistabiele poorten genoemd, zijn digitale logische schakelingen die in één van twee toestanden kunnen verkeren. Flip-flops behouden hun toestand voor onbepaalde tijd totdat een ingangspuls, een trigger genaamd, wordt ontvangen. Wanneer een trigger wordt ontvangen, veranderen de uitgangen van de flip-flop van toestand volgens bepaalde regels en blijven zij in die toestand totdat een volgende trigger wordt ontvangen. Flip-flop schakelingen zijn onderling verbonden om de logische poorten te vormen voor de digitale geïntegreerde schakelingen (IC's) die in geheugenchips en microprocessoren worden gebruikt. Flip-flops kunnen worden gebruikt om één bit, of binair cijfer, van gegevens op te slaan. De gegevens kunnen de toestand van een sequencer, de waarde van een teller, een ASCII karakter in het geheugen van een computer of een ander stukje informatie voorstellen.
Er zijn verschillende soorten flip-flop schakelingen, met aanduidingen als T (toggle), S-R (set/reset) J-K (mogelijk genoemd naar Jack Kilby) en D (delay). Een flip-flop heeft gewoonlijk nul, één of twee ingangssignalen, alsmede een kloksignaal en een uitgangssignaal. Sommige flip-flops bevatten ook een clear ingangssignaal om de huidige uitgang te resetten.
De eerste elektronische flip-flop werd in 1919 uitgevonden door W. H. Eccles en F. W. Jordan. Het gebruikte vacuümbuizen en werd aanvankelijk het Eccles-Jordan trigger circuit genoemd.
In deze tutorial van het Columbia Gorge Community College worden drie toepassingen van flip flops uitgelegd.
Zie ook: sequentiële logica, logische poorten